Recepten


Sukadelappen


6 dl runderbouillon
2 uien in halve ringen
2 teentjes knoflook
1 el mosterd
2 el tomatenpuree
2-3 laurierblaadjes
4 kruidnagelen
4 jeneverbessen
800 gr sukadelappen
peper en zout
2 el bloem
4 el rode wijnazijn
40 gr roomboter

Verwarm in een grote stoofpan de bouillon met de mosterd, tomatenpuree, laurierblaadjes, kruidnagelen en jeneverbessen.
Bestrooi de sukade met peper, zout en bloem. Verhit de boter in een koekenpan en bak hierin de sukadelappen kort aan beide kanten.
Blus het vlees af met wijnazijn en leg ze in de warme bouillon. Bak in dezelfde bakpan de uien en knoflook tot ze glazig zijn.
Lepel ze bij het vlees in de bouillon.
Leg de deksel op de stoofpan en laat het vlees ongeveer 2,5 uur tot 3 uur heel zachtjes stoven tot de sukadelappen gaar zijn.


Entrecôte


De entrecôte is een smaakvol stukje vlees uit het rugstuk van een rund. Het wordt ook wel tussenrib genoemd en komt uit het dikste deel van de dunne lende.
Je herkent een entrecôte aan het kleine vetrandje dat voor superveel smaak zorgt.

Haal het vlees een half uurtje eerder uit de koelkast en laat het op kamertemperatuur komen.
Kruid de entrecôte alvast aan één kant met zwarte peper en zout.
Zet een pan op het vuur en laat goed heet worden.
Doe er een klontje boter in en zet het vuur wat lager voordat de boter bruin wordt.
Leg de entrecôte op de gekruide zijde in de pan. Nu kan je de andere kant ook kruiden.
Laat de entrecôte bakken gedurende zo'n 3 minuten. Gebruik geen vork tijdens het bakken.
Door te prikken gaan sappen verloren. Werk liever met een spatel of tang.
Na 3 minuten heeft de entrecôte een mooi korstje en kan je hem omdraaien.
Bak de entrecôte nog 3 minuten – hij is nu tussen saignant en à point, afhankelijk van zijn dikte.

Is je entrecôte voldoende gebakken? Laat hem dan nog 5 minuten rusten onder aluminiumfolie.
Zo kan het vlees zich ontspannen en krijgen de sappen de kans om zich opnieuw over het volledige stuk te verdelen.


Côte de boeuf

  1. Haal het vlees uit de vriezer en laat het ontdooien. Dit doe je door het de avond van tevoren op een bord in de koelkast te leggen. Heb je wat minder tijd? Leg het bevroren vlees dan in een pan met lauwwarm water, met de plastic verpakking er nog omheen. Binnen 15 minuten is het dan ontdooid.
  2. Haal de côte de boeuf een uur voor het koken uit de verpakking. Leg het op een bord, op het aanrecht. Zo kan het vlees rustig op kamertemperatuur komen.
  3. Verwarm de oven voor op 150 graden.
  4. Strooi wat zout en peper op beide kanten van het vlees.
  5. Zet een koekenpan op hoog vuur. Doe een klontje boter en een klein scheutje olie in de pan en wacht even tot de boter gesmolten is.
  6. Leg het vlees in de pan en bak het op hoog vuur rondom mooi bruin in ongeveer 5 minuten.
  7. Haal de côte de boeuf nu uit de pan, leg het in een braadslede en gaar het nog 10 - 20 minuten in de oven.
  8. Gebruik hiervoor het liefst een vleesthermometer voor de kerntemperatuur van het vlees. Als deze tussen de 50 en 55 graden is, zit je goed.
  9. Haal het vlees uit de oven en laat het onder aluminiumfolie nog even rusten.
Serveertip: Bestrooi het vlees met vers gehakte peterselie of rozemarijn. Probeer het ook eens met zoete aardappelfrietjes erbij!


Kogelbiefstuk

  1. Haal de kogelbiefstuk een half uur voor het bereiden uit de koelkast, zodat het vlees op temperatuur kan komen. Dep de kogelbiefstuk vlak voor het bereiden met keukenpapier droog. Verhit op hoog vuur een scheut Croma Bakken en Braden Vloeibaar in een koekenpan en wacht tot de Croma bruin kleurt.
  2. Leg de kogelbiefstuk in de pan. Bak op een hoog vuur 1 minuut per kant lichtbruin. Draai het vuur iets lager. Keer het vlees geregeld, houd het in beweging en bak 5 minuten voor een medium biefstuk.
  3. Haal de kogelbiefstuk uit de pan, dek deze af met aluminiumfolie en laat 2 minuten rusten. Voeg zout en peper naar smaak toe. Eet smakelijk!
  4. Kogelbiefstuk is snel klaar en erg lekker. Een kogelbiefstuk kan je rosé, medium of "well done" bereiden. Als je kogelbiefstukken rosé van binnen wilt hebben duurt het bakken 2 minuten korter dan in het recept. Wil je ze "well done", bak ze dan 3-5 minuten langer. Volg de stappen en zet de perfecte kogelbiefstuk op tafel!


Hachee


Ingrediënten voor 4 personen:
5 middelgrote uien
700 g runderriblap
50 g ongezouten roomboter
3 el tarwebloem
500 ml kraanwater
1 runderbouillontablet
2 el witte wijnazijn
1 tl kristalsuiker
2 gedroogde laurierblaadjes
4 kruidnagels

1. Halveer de uien en snijd in ringen. Snijd het vlees in stukken van ca. 3 cm. Bestrooi het vlees met peper en zout. Verhit in een braadpan de helft van de boter en bak de helft van het vlees al omscheppend op middelhoog vuur in 3 min. rondom bruin. Schep uit de pan en bak de andere helft van het vlees in de rest van de boter. Doe al het vlees terug in de pan. Zet het vuur laag, voeg de ui toe en fruit 5 min. op laag vuur. Roer regelmatig.
2. Bestrooi het vlees en de ui met de bloem en laat op laag vuur 3 min. gaar worden. Roer regelmatig. Voeg het water en de bouillontablet toe. Voeg de azijn, suiker, laurierblaadjes en kruidnagels toe. Breng aan de kook en stoof het vlees met de deksel op de pan op heel laag vuur in ca. 3 uur gaar. Roer regelmatig.
3. Haal na 2½ uur de deksel van de pan en laat het laatste halfuur tot de gewenste dikte in inkoken op laag vuur. Breng de hachee op smaak met peper en eventueel zout.